Düren Annakirche

Het orgel is ontworpen volgens barokke concepten, maar er zijn veel Franse invloeden in de compositie. Men zou kunnen zeggen dat het twee nogal verschillende concepten samenvoegt. Dit is het duidelijkst te zien op het Schwellwerk met zijn volledige tongwerken-ensemble (Basson 16′, Trompette harmonique 8′, Clarion 4′), harmonische fluiten (Traversflöte 4′, Octavin 2′) en een celeste-register (Voix céleste 8′). In het pedaal vinden we geen Posaune, maar in plaats daarvan een Bombarde 16′. Het Hauptwerk toont verdere Franse invloeden met zijn Flûte harmonique 8′ en Cornet V (beginnend vanaf c1). Deze interessante mix van stijlen maakt het orgel uniek, omdat elk werk zijn eigen karakter heeft en elk werk prachtig bijdraagt aan het totaal. Ze verschillen niet alleen duidelijk van elkaar dankzij hun verschillende akoestische positionering, maar ook door hun intonatie. Een zeer fraaie toevoeging aan de dispositie is de Chamade 8′ (horizontale trompet), bespeelbaar vanaf het Hauptwerk. Bij het bespelen van het echte orgel ervaart de organist een enigszins overweldigende ervaring wanneer deze wordt ingeschakeld! Het is een prominent register, met veel volume en scherpte, waardoor dit fantastisch klinkt als soloregister. Het vult ook het volledige orgelgeluid aan en bekroont het hele orgel met zijn briljante klank.